Onder- en overprikkeling, diagnostiek en interventie
In de cursus gaan we met behulp van videomateriaal kijken naar gedrag met in ons achterhoofd dat een verstoorde prikkelverwerking de oorzaak kan zijn van storend gedrag. Je leert hoe het proces van prikkelverwerking in de hersenen verloopt en dat er een ‘prikkelfilter’ is, dat bepaald wat er met de geregistreerde prikkels gebeurt. Door gebruik te maken van een kijkwijzer: de ‘prikkelwijzer’, leer je in een aantal stappen (storend) gedrag typeren.
Prijzen
Datum en locatie
Beroepen
Sprekers
Monique Thoonsen
Docent
Monique Thoonsen is pedagoog, expert zintuiglijke prikkelverwerking, adviseur en trainer. Zij adviseerde en begeleidde honderden kinderen, ouders en ook leerkrachten als er sprake was van lastig gedrag dat veroorzaakt wordt door een afwijkende zintuiglijke prikkelverwerking. Zij heeft 25 jaar ervaring met verschillende doelgroepen: EMG (ernstig meervoudig beperkt), VB (verstandelijk beperkt), ASS (autisme), TOS (taalontwikkelingsstoornis), HB (hoogbegaafd), doof en slechthorend, leerlingen in het speciaal onderwijs en leerlingen in het reguliere onderwijs.
Doelen
Werk jij met kinderen die niet stil kunnen zitten, waarbij kleding uitzoeken en eten een dagelijks terugkerend drama is of die regelmatig informatie missen? Of kinderen die constant wippen, wiebelen en friemelen, snel afgeleid zijn, grenzen van anderen overschrijden en niet kunnen samenwerken? Dat kan te maken met zintuiglijke prikkelverwerking (sensorische informatieverwerking). Een kind voelt zich niet fijn en kan zich niet concentreren als het last heeft van te weinig of te veel prikkels. Dit kind is onderprikkeld of juist overprikkeld en kan daardoor storend gedrag vertonen.
In de cursus gaan we met behulp van videomateriaal kijken naar gedrag met in ons achterhoofd dat een verstoorde prikkelverwerking de oorzaak kan zijn van storend gedrag. Je leert hoe het proces van prikkelverwerking in de hersenen verloopt en dat er een ‘prikkelfilter’ is, dat bepaald wat er met de geregistreerde prikkels gebeurt. Door gebruik te maken van een kijkwijzer: de ‘prikkelwijzer’, leer je in een aantal stappen (storend) gedrag typeren. Is het kind misschien onderprikkeld of overprikkeld? Wat doet het kind zelf om het gedrag te reguleren? Wat kun je als (beroeps)opvoeder aanbieden om de prikkelverwerking te ondersteunen? Aan de hand van - deels zelf ingebrachte - casussen gaan we aan de slag met het typeren van gedrag en met het beslissen of er een andere of aanvullende strategie nodig is, zodat het kind zich beter voelt en beter kan functioneren. Je leert activerende en kalmerende strategieën en hoe je deze kunt toepassen. Ook leer je of onder- of overprikkeld zijn een onderdeel is van bijvoorbeeld ASS, HSP, VB, AD(H)D en hoogbegaafdheid of dat het een met het ander verward kan worden.