Sensorische informatieverwerking in de vroege ontwikkeling; anders bekeken
In deze module wordt er anders gekeken naar 0-2 jarigen. De relatie tussen sensomotorische informatieverwerking en de ontwikkeling van het brein is inmiddels door wetenschappelijk onderzoek ruimschoots onderbouwd. Zintuigen liggen aan de basis van een zich ontwikkelend kinderbrein. Iedere baby en iedere ouder heeft een eigen sensorisch profiel; deze profielen kunnen in de wederzijdse communicatie matchen of juist een uitdaging vormen. De therapeut kan de normale en verander(en)de sensomotore ontwikkeling van 0-2 jarigen beschrijven en in kaart brengen en maakt sensomotore kansen en kwetsbaarheden profielen. De zintuigen spelen in de normale ontwikkeling een belangrijke rol in de regulatie. Baby’s hebben weinig mogelijkheden tot zelfregulatie ze zijn afhankelijk van co-regulatie door de ouder/verzorger. Deze co-regulatie verloopt via de zintuigen! In samenspraak en samenwerking met de ouder(s) worden modulatie strategieën afgestemd om het persoonlijk profiel van de ouder en het kind. Deze cursus is bestemd voor ergotherapeuten, kinderfysiotherapeuten en logopedisten die bij voorkeur met 0 tot 2-jarigen werken.Prijzen
Beroepen
Sprekers
Miriam Hufen
Ergotherapeut
Chantal O’Dwyer
Kinderfysiotherapeut
Eline Putters- Kuijpers
Kinderfysiotherapeut
Sabine de Hoop
Kinderfysiotherapeut en draagconsulent
John Bos
Neuropsycholoog en fysiotherapeut
Natasja van Kollenburg
Orthopedagoog
Anita van Eeden
Logopedist
Fleur Sickinghe
Logopedist
De module Anders kijken naar 0-2 jarigen is opgevolgd door de module Sensorische Informatieverwerking in de vroege Ontwikkeling, anders bekeken. De basis van deze nieuwe module blijft de combinatie van evidence en expert opinion.
De deelnemer kan de sensorische informatieverwerking accentueren in de vroege ontwikkeling van het kind. De samenwerking met ouders, en dit bij voorkeur in de thuissituatie, blijft cruciaal in alle fases van klinisch redeneren en de behandeling/begeleiding. Kijken en begeleiden vanuit de sensorische informatieverwerking in relatie tot bewegend functioneren biedt ouders nieuwe en wellicht andere kansen in de ondersteuning van hun kind.
De deelnemer relateert de sensomotorische informatieverwerking aan de ontwikkeling van het brein. Deze relatie is in wetenschappelijk onderzoek ruimschoots aangetoond. Deze verwerking is de basis voor de ontwikkeling van het jonge kind in de ruimste zin van het woord. De evidentie voor vroege sensomotorische interventie groeit. Vroeg begonnen is veel gewonnen. Zeker bij een veranderde ontwikkeling biedt het kijken vanuit een sensorisch informatieverwerkingsperspectief kansen in de ondersteuning van het kind en ouders.
Sensorische informatieverwerking en regulatie zijn aan elkaar gerelateerd en beïnvloeden de ouder-kind relatie. De relatie tussen ouder en kind kan zich ontwikkelen mede dankzij zintuigsystemen die zowel door het kind als de ouder(s) worden ingezet. Iedere baby en iedere ouder heeft zijn eigen sensorisch profiel en temperament; deze profielen kunnen in de wederzijdse communicatie matchen of juist een uitdaging vormen. Na deze module herkent de deelnemer onder meer de sensorische profielen en temperamenten en de match of mismatch die daardoor kan ontstaan.
Interventiestrategieën zijn altijd gekoppeld aan de functionele activiteiten van elke dag. Sensorische informatieverwerking is daarnaast altijd gerelateerd aan bewegen. In iedere dagelijkse activiteit is er sprake van prikkelverwerking. In deze module wordt de prikkelverwerking altijd benaderd vanuit een functioneel perspectief.
De deelnemers hanteren een familiegerichte benadering en relateren de Sensorische Informatieverwerking aan het bewegend functioneren en het bewogen worden. Zowel in de normale als de veranderde ontwikkeling. De relatie met (co-)regulatie, affect/emoties , slapen, voeding en voedingsverwerking, verzorging, interactie en communicatie en spel worden steeds gelegd.
Omdat we de module al een aantal jaren geven kunnen we nog beter afstemmen op de vraagstellingen die we vanuit de diverse paramedische werkvelden de afgelopen jaren zijn tegengekomen. De module is multidisciplinair van opzet zodat ervaringen kunnen worden uitgewisseld. Het multidisciplinaire karakter van deze module wordt in evaluaties zeer gewaardeerd. Er is door de keuze in werkvormen en het uitgebreide begeleidende docenten team voldoende mogelijkheid om vakgerichte vragen uit te kunnen werken.
DOELGROEP(EN)
Ergotherapeuten
Logopedisten
Kinderfysiotherapeuten