COPD

COPDhuisartsenchronic obstructive pulmonary diseaserokenchronische luchtweg
In de afgelopen decennia is het aantal mensen dat lijdt aan de chronische longaandoening chronic obstructive pulmonary disease (COPD) sterk gestegen. Gebaseerd op gegevens van de huisartsenregistratie heeft momenteel ongeveer 2% van de Nederlandse populatie COPD. Vermoed wordt dat de prevalentie van COPD in de algemene bevolking vele malen hoger ligt als gevolg van onderpresentatie en onderdiagnostiek. Roken is verreweg de belangrijkste risicofactor voor het ontstaan van COPD. Steeds meer aandacht gaat uit naar de abnormale longontwikkeling op jonge leeftijd in relatie tot het ontstaan van COPD op latere leeftijd. COPD treft vooral mensen boven de 40 jaar en komt meer voor bij mannen dan bij vrouwen. De inhaalslag van vrouwen met roken heeft er echter toe geleid dat de afgelopen twintig jaar de prevalentie bij vrouwen sterk is gestegen.
56.55
2 Punten
E-learning

Prijzen

Regulier € 56.55

Beroepen

Arts voor verstandelijk gehandicapten
2 Punten
ABC1, NVAVG
Huisarts
2 Punten
ABC1
Physician Assistant
2 Punten
ABC1, NVAVG
Specialist ouderengeneeskunde
2 Punten
ABC1, Verenso

Sprekers

Irene van der Weerdt-Bakker

auteur
Irene van der Weerdt-Bakker is huisarts in Aalsmeer. Daarnaast is zij als kaderarts astma en COPD werkzaam bij Stichting Amstellandzorg. Daar draagt zij bij aan de kwaliteit van de astma- en COPD-zorg in de regio en geeft scholingen op het gebied van spirometrie en astma en COPD. Binnen de CAHAG, de COPD & Astma Huisartsen Advies groep, is zij actief in de implementatiewerkgroep, het CAHAG-bulletin en de Astmaprojectgroep.

Marieke van der Maat-Poelma

auteur
Marieke van der Maat-Poelma is praktijkhoudend huisarts in Grootebroek. Daarnaast is zij als kaderarts astma en COPD werkzaam in de regio Noord-Holland Noord, waar zij bijdraagt aan de kwaliteit van de astma- en COPD-zorg in de regio en scholingen geeft op het gebied van astma/COPD, allergie en palliatieve zorg. De auteurs hebben geen financiële banden met de farmaceutische industrie, ontvangen geen onderzoeksgeld van commerciële partijen en hebben geen bedrijfsbelangen of andersoortige financiële relaties met betrekking tot dit onderwerp.

Doelen

Na afloop van dit nascholingsprogramma:

kunt u de diagnose COPD stellen en deze met uw patiënt bespreken;
kunt u een patiënt met COPD aan de hand van de ziektelast monitoren;
weet u welke leefstijlinterventies u bij COPD kunt inzetten;
kent u de verwijscriteria naar de tweede lijn voor de patiënt met COPD;
kunt u het medicamenteuze stappenplan voor de behandeling van COPD toepassen en kent u het belang van de keuze van het juiste device daarbij;
kunt u longaanvallen bij COPD op basis van de meest recente inzichten behandelen;
kunt u volgens de juiste criteria inhalatiecorticosteroïden inzetten bij de behandeling van COPD.
Omschrijving

Samenvatting

In de afgelopen decennia is het aantal mensen dat lijdt aan de chronische longaandoening chronic obstructive pulmonary disease (COPD) sterk gestegen. Gebaseerd op gegevens van de huisartsenregistratie heeft momenteel ongeveer 2% van de Nederlandse populatie COPD. Vermoed wordt dat de prevalentie van COPD in de algemene bevolking vele malen hoger ligt als gevolg van onderpresentatie en onderdiagnostiek. Roken is verreweg de belangrijkste risicofactor voor het ontstaan van COPD. Steeds meer aandacht gaat uit naar de abnormale longontwikkeling op jonge leeftijd in relatie tot het ontstaan van COPD op latere leeftijd. COPD treft vooral mensen boven de 40 jaar en komt meer voor bij mannen dan bij vrouwen. De inhaalslag van vrouwen met roken heeft er echter toe geleid dat de afgelopen twintig jaar de prevalentie bij vrouwen sterk is gestegen.


COPD wordt gekenmerkt door een persisterende chronische luchtwegobstructie. Het is een langzaam progressieve aandoening met een forse impact op de kwaliteit van leven. COPD kent een hoge mortaliteit: in 2020 stond COPD in de top tien van doodsoorzaken van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO). De ernst van de luchtwegobstructie correleert slechts in beperkte mate met de klachten die patiënten ervaren. De variatie tussen de patiënten is dan ook groot, maar de ervaren ziektelast bepaalt de ernst van de ziekte. Het beleid bij COPD richt zich daarom op het terugdringen van ziektelast en het verbeteren van de prognose. Op de korte termijn richt u zich samen met de patiënt op het terugdringen van klachten met als doel verbeteren van het inspanningsvermogen en verbeteren van ziektegerelateerde kwaliteit van leven. Op de lange termijn richt u zich samen met de patiënt op het verminderen van risicofactoren om versnelde achteruitgang van de longfunctie te voorkomen, evenals longaanvallen en voorkomen of uitstellen van invaliditeit, arbeidsongeschiktheid en mortaliteit.


Als hulpmiddel om het gesprek met uw patiënt te voeren kunt u gebruikmaken van de ziektelastmeter om zo de patiënt zijn persoonlijke behandeldoelen te laten formuleren op basis van de uitgebreide informatie die u de patiënt heeft gegeven (zie figuur 1).


Figuur 1 Ziektelastmeter.


Het belangrijkste behandeladvies bij COPD is gericht op leefstijl met de nadruk op stoppen met roken en op bewegen. Het beweegadvies behelst 150 minuten of meer per week matig-intensieve inspanning, zoals wandelen en fietsen. Laagdrempelig kan een patiënt naar de fysiotherapeut worden verwezen om de fysieke activiteit en/of capaciteit te verbeteren. De rol van luchtwegmedicatie bij de behandeling van COPD is, in tegenstelling tot bij bijvoorbeeld astma, beperkt. Luchtwegmedicatie bij COPD heeft als doel de klachten als gevolg van de bronchusconstrictie, die is ontstaan ten gevolge van de chronische ontstekingsprocessen, (deels) op te heffen. Ook kan het bij een subgroep van patiënten helpen het aantal longaanvallen te verminderen.

Inhoud

BLOK A Pathofysiologie, diagnostiek, ziektelast en monitoring

A1 Pathofysiologie en diagnostiek

A2 Ziektelast en monitoren van uw patiënt

BLOK B Medicamenteuze behandeling, consultatie en verwijzing

B1 Medicamenteuze behandeling

B2 Inhalatorkeuze en -techniek, therapietrouw

B3 Longaanval, consultatie en verwijzing

Actie en verantwoording

Nadere bespreking van vragen en casuïstiek

Literatuur

Opdrachtblad ‘Invoering in de praktijk’

Teamoverleg/Hagro/FTO/WDH

Toets voor Huisartsen 2021/8

AccreDidact BV

AccreDidact biedt nascholing in de vorm van eLearning met online toets en een papieren naslagwerk. In een online persoonlijk nascholingsdossier houdt u uw vorderingen bij en vindt u een actueel overzicht van behaalde punten. Binnen het voordelige abonnement ontvangt u verspreid over het jaar de boekjes en kunt u online via de besloten website nascholen. Heeft u de toets behaald? Dan worden uw nascholingspunten direct bijgeschreven.
info@accredidact.nl
0306355054
37, De Molen, Houten, 3994DA

Gerelateerde cursussen

CME-Online

E-learning
2
De specialist ouderengeneeskunde heeft regelmatig te maken met patiënten met hartfalen en/of COPD in de palliatieve fase. Deze ziekten staan in de top 10 van doodsoorzaken in Nederland en de ziektelast van patiënten met deze ziekten is vaak hoog. Daarom leert u in deze cursus meer over het verloop van deze ziekten, de specifieke patiëntkenmerken en de behandeling van de belangrijkste symptomen in de palliatieve fase.
Op aanvraag

PAOFarmacie

E-learning
3
In de e-module BIG-6: COPD wordt uw kennis met betrekking tot obstructieve longziekten opgefrist. Onder andere wordt ingegaan op de etiologie, pathogenese en pathofysiologie van obstructieve longziekten, de diagnostiek, behandeling en prognose/therapietrouw. Tot slot wordt aandacht besteedt aan nieuwe ontwikkelingen in het veld van de medicamenteuze behandeling van obstructieve longziekten (zoals de IL-5-remmers).
€ 105
21 May
May
09:00

CIVA B.V.

Symposium
Online
27-32
Na afloop van deze cursus heeft de deelnemer inzicht in het klinisch redenatieproces bij de doelpopulatie en kan bij deze populatie een specifiek fysiotherapeutisch en/of revalidatie programma opzetten en uitvoeren.
€ 750

CME-Online

E-learning
1
Het belang van stoppen met roken hoeft inmiddels aan vrijwel niemand meer te worden uitgelegd, maar de succeskans blijft laag. Eerste keuze bij het stoppen met roken is voorlichting en begeleiding. In tweede instantie kan medicamenteuze ondersteuning worden overwogen met onder meer nicotinevervangende medicatie die de kans om succesvol te stoppen kan verhogen van ongeveer 10% naar ongeveer 15%. Cytisinicline, een partiële nicotine-agonist evenals varenicline, is sinds september 2022 op recept verkrijgbaar als alternatief voor nicotinevervangende medicatie. Hoe zit het met de effectiviteit en de bijwerkingen van cytisinicline? Verdient dit middel een plaats bij de ondersteuning van stoppen met roken?
Op aanvraag

Voedingscentrum

E-learning
1
Nu on-demand beschikbaar!
We merken dat mensen het moeilijk vinden om zich aan coronaregels te houden en daarvoor hun gedrag aan te passen. Maar ook eetgewoonten laten zich niet eenvoudig veranderen. Het Voedingscentrum vertelt je: waarom is gedragsverandering zo lastig? Dit heeft deels ook te maken met de eetomgeving. Verleidingen liggen overal op de loer. We geven handvatten voor wat je als huisarts kan doen. We laten onder andere zien hoe de gratis apps “Mijn Eetmeter” en “Kies Ik Gezond?” van het Voedingscentrum jou kunnen helpen patiënten gezonder te laten eten.
Gratis
06
Mar
2024
03
Mar
2026
Gratis

Voedingscentrum

E-learning
1
Dit webinar geeft medewerkers van de huisartsenpraktijken actuele informatie en concrete adviezen om zelf mee aan de slag te gaan in de dagelijkse praktijk. Dit webinar is onderdeel van een tweetal on-demand webinars 'Voeding voor ouderen' en 'Overgewicht'. Voor het webinar 'Overgewicht' zie omschrijving.
Gratis
Gratis

Pensioenfonds voor Huisartsen

E-learning
Dit webinar is niet geaccrediteerd. Volgend jaar start de nieuwe pensioenregeling voor alle huisartsen in Nederland. Bij deze nieuwe regeling hoort ook een nieuwe premie. Die valt voor een deel van de huisartsen (flink) hoger uit dan de premie die ze nu betalen. Graag nemen SPH en de Beroepspensioenvereniging Huisartsen (BPV) de tijd om in te gaan op het hoe en waarom van deze premie en beantwoorden ze vooraf ingestuurde vragen.
Gratis

AccreDidact BV

E-learning
2
Burn-out en overspanning komen veel voor. Van alle werkenden die hun baan onderbraken geeft 15% van de vrouwen en 9% van de mannen aan dat dit te maken had met klachten die in 92% door een huis- of bedrijfsarts werden geduid als overspanning of burn-out. Burn-out is ook verantwoordelijk voor 29% van al het werkgerelateerde ziekteverzuim. Burn-outklachten lijken in een steeds groter deel van de werknemers voor te komen. Hoe dit komt is niet met zekerheid te zeggen. Is het onze samenleving, die steeds maar sneller en ingewikkelder wordt? Is het de verbeterde bekendheid met de diagnose en vinden mensen het gemakkelijker om erover te praten? Zowel de betere bekendheid als het doorbreken van het taboe hebben een drempelverlagend effect op de gang naar de ggz en veel mensen met stressgerelateerde klachten komen daar ook.
€ 56.55

AccreDidact BV

E-learning
2
Vragen over menstrueel bloedverlies komen in de huisartsenpraktijk vaak voor. Om een inschatting te kunnen maken van de onderliggende oorzaak is het van belang het bloedverlies onder te verdelen in verschillende subgroepen, namelijk hevig menstrueel bloedverlies, onregelmatig menstrueel bloedverlies, oligo- en amenorroe, intermenstrueel bloedverlies, contactbloedingen en postmenopauzaal bloedverlies. In de vruchtbare leeftijdsfase is het bloedverlies vaak onschuldig. Bij vrouwen na de overgang neemt de kans op kanker als onderliggende oorzaak sterk toe. Het is belangrijk als huisarts onderscheid te kunnen maken naar menstrueel bloedverlies waarbij gerustgesteld kan worden en menstrueel bloedverlies waarbij nader onderzoek nodig is. Daarnaast is kennis over de verschillende oorzaken van menstrueel bloedverlies van belang om goede voorlichting te geven.
€ 56.55

AccreDidact BV

E-learning
2
E-health lijkt soms wel de heilige graal in de zoektocht naar toekomstbestendige zorg. Maar wat is e-health? Volgens de definitie van de landelijke, onafhankelijke kennisorganisatie NICTIZ is e-health het gebruik van hedendaagse informatie- en communicatietechnologieën, in het bijzonder internettechnologie, om gezondheid en gezondheidszorg te ondersteunen of te verbeteren. Dat is natuurlijk nog een vrij abstracte definitie. In de praktijk gaat het om het gebruik en de toepassing van allerlei zaken waarbij internet en multimedia een rol spelen. Enerzijds zijn dat toepassingen die zich richten op de burger of patiënt zoals informatieve websites (thuisarts.nl), gezondheids-apps (inmiddels vele tienduizenden mogelijkheden), alsook de persoonlijke gezondheidsomgeving (PGO) van de patiënt. Daarnaast zijn er toepassingen die zich primair richten op de zorgprofessional zoals teleconferencing en telemedicine, waarmee de medisch professional zorg op afstand kan bieden. Ten slotte zijn er toepassingen die vooral gericht zijn op communicatie zoals het digitaal aanvragen van herhaalrecepten, videoconsulten en e-consulten.
€ 56.55