Schouderklachten deel 2

schouderklachtenhuisartsenorthopedischoorzakenoverzichtaandoeningen
Deze nascholing beoogt in twee delen een overzicht te geven van de meestvoorkomende orthopedische oorzaken van schouderklachten. Voor het bespreken van de in de schouder meestvoorkomende aandoeningen kozen wij voor een indeling die geheel in lijn is met de in oktober 2019 herziene NHG-Standaard Schouderklachten. Deze is gebaseerd op anatomie, waarbij aandoeningen die in Nederland het meest voorkomen ook de meeste aandacht krijgen. Deze nascholing zal aan de hand van casuïstiek wel dieper ingaan op de in deze NHG-Standaard beschreven oorzaken van schouderklachten en beoogt hiermee verdieping te bieden. In Schouderklachten deel 1 (2020/1) werden de algemene diagnostiek en behandelaspecten van schouderklachten en aandoeningen in de subacromiale ruimte behandeld (schouderklachten categorie 1, zoals beschreven in de NHG-Standaard). In deel 2, wat een vervolg is op deel 1, maar welke afzonderlijk van elkaar kunnen worden doorlopen, zullen de klachten met een meer intra-articulaire oorsprong, in zowel het glenohumerale gewricht als het AC-gewricht, worden besproken. Buiten het bestek van deze nascholing vallen fracturen rond het schoudergewricht, evenals zeldzame niet-orthopedische problematiek, die zich eveneens als schouderklachten kunnen uiten, zoals een maligniteit, diafragmaprikkeling, (centrale) neurologische problematiek en cardiale aandoeningen.
56.55
2 Punten
E-learning

Prijzen

Regulier € 56.55

Beroepen

Arts voor verstandelijk gehandicapten
2 Punten
ABC1, NVAVG
Huisarts
2 Punten
ABC1
Physician Assistant
2 Punten
ABC1, NVAVG
Specialist ouderengeneeskunde
2 Punten
ABC1, Verenso

Sprekers

Suzanne Waterval-Witjes

Auteur
Suzanne Waterval-Witjes studeerde geneeskunde aan de Radbouduniversiteit Nijmegen en werd opgeleid tot algemeen orthopedisch chirurg binnen het opleidingscluster van het Academisch Medisch Centrum (nu Amsterdam UMC, locatie AMC). Na haar opleiding subspecialiseerde zij zich in sportorthopedie, kniechirurgie en schouderpathologie door fellowships in de Fowler Kennedy Sport Medicine Clinic in London Ontario (Canada) en in de Sports Surgery Clinic in Dublin (Ierland). In december 2018 promoveerde zij in Amsterdam op activiteiten en tevredenheid van jongere patiënten na een knieprothese en standbeencorrecties. Al binnen haar opleiding tot orthopeed ontwikkelde zij in 2013 een visie op het verbeteren van de gezondheidszorg in Nederland (Coach, Cure & Care 2025).6 Zij was tot voor kort werkzaam binnen een lijnoverstijgend, multidisciplinair beweegzorgproject in Zuid-Limburg. Voor Prisma, een platform via Siilo waarop huisartsen laagdrempelig digitale ‘meekijkconsulten’ kunnen aanvragen met medisch specialisten, is zij actief als virtueel consultant. Voor de inhoud van deze nascholing en de gebruikte casus heeft de auteur zich onder andere laten inspireren door de via Prisma opgedane contacten met huisartsen.
Omschrijving

Schouderklachten zijn een frequent geuit probleem in de huisartsenpraktijk. Van alle klachten in het bewegingsapparaat komen schouderklachten, na nek- en rugklachten, zelfs het meest voor. Uit cijfers van Nivel Zorgregistraties blijkt dat de incidentie van schouderklachten in de Nederlandse huisartsenpraktijk in 2018 bijna 36 nieuwe episoden per 1 000 patiënten betrof. De prevalentie in de algemene bevolking is echter veel hoger, aangezien slechts 40% van de patiënten met schouderklachten hiermee de huisarts bezoekt. Incidentie en prevalentie nemen toe met de leeftijd en zijn vanaf de puberteit hoger bij vrouwen dan bij mannen. In 2018 behoorden schouderklachten, met knieklachten, tot de diagnoses waarvoor het meest naar de orthopedie werd verwezen; één op de tien orthopedische verwijzingen betrof een schouderklacht.

Schouderklachten kunnen flinke nadelige gevolgen hebben voor het dagelijks functioneren en voor de nachtrust. Daarnaast kunnen ze erg hardnekkig en langdurig zijn. De helft van de patiënten ervaart langer dan zes maanden schouderklachten en voor 40% van de patiënten zijn deze ook na een jaar nog niet voorbij. Vaak gaan dergelijke chronische schouderklachten gepaard met langdurig foutieve houdingen of overbelastingen, die meestal eerst bijvoorbeeld scapulothoracaal worden gecompenseerd voordat uiteindelijk klachten in de schouder ontstaan. De meeste schouderklachten (80%) hebben hun oorsprong in de subacromiale ruimte, maar schouderpijn is regelmatig diffuus waarbij meerdere structuren in de schouder zijn aangedaan. Dit maakt het diagnosticeren uitdagend en juist bij die patiëntengroep kan een behandeling op maat, door een gespecialiseerd en multidisciplinair zorgteam, van meerwaarde zijn.

Doelstellingen van dit nascholingsprogramma

Na afronding van dit nascholingsprogramma (deel 1 en deel 2):

  • hebt u een compleet overzicht van de meestvoorkomende schouderaandoeningen in de Nederlandse huisartsenpraktijk;
  • bent u in staat om deze schouderaandoeningen globaal van elkaar te onderscheiden en in de eerste lijn richtinggevend te diagnosticeren;
  • hebt u uw kennis over de huidige behandelingsmogelijkheden van schouderaandoeningen geactualiseerd en kunt u uw patiënt aan de hand hiervan met meer vertrouwen een gedegen advies geven;
  • ziet u nog beter het nut en het belang van multidisciplinaire zorg bij schouderaandoeningen.

In deze nascholing wordt in deel 1 uw kennis van schouderklachten in het algemeen en van de klachten die zich bevinden in de subacromiale ruimte in het bijzonder geactualiseerd. Deel 2 biedt kennisverdieping over schouderklachten die zich afspelen in de glenohumerale gewrichtsruimte en klachten die zich bevinden in het AC-gewricht, naar analogie van de tweede en derde categorie schouderklachten volgens de indeling van de nieuwste NHG-Standaard Schouderklachten.2 Dit leerdoel bereikt u doordat u:

  • de typische anamnestische kenmerken en bevindingen in het lichamelijk onderzoek leert herkennen die passen bij een frozen shoulder en glenohumerale artrose;
  • leert welke aanvullende onderzoeken van waarde kunnen zijn bij klachten die zich lijken af te spelen in het glenohumerale gewricht;
  • schouderklachten die hun oorsprong in het AC-gewricht hebben leert herkennen;
  • meer leert over de incidentie en kenmerken van anterieure, posterieure en multidirectionele schouderinstabiliteit;
  • aandoeningen van de bicepspees en het bicepspeesanker leert herkennen en hoe deze te behandelen;
  • het stappenplan van behandelingsopties leert die er zijn voor klachten die zich afspelen in het glenohumerale gewricht en die toepasbaar kunnen zijn binnen de eerste of anderhalve lijn;
  • weet wat de behandelingsmogelijkheden zijn voor klachten in het AC-gewricht;
  • leert welke behandelingsopties er zijn bij instabiliteit van de schouder en leert inschatten wanneer deze zoal zullen worden overwogen;
  • weet wat bij complexe schouderpathologie de meerwaarde kan zijn van gespecialiseerde schoudernetwerken en multidisciplinaire (digitale) zorgnetwerken.


AccreDidact BV

AccreDidact biedt nascholing in de vorm van eLearning met online toets en een papieren naslagwerk. In een online persoonlijk nascholingsdossier houdt u uw vorderingen bij en vindt u een actueel overzicht van behaalde punten. Binnen het voordelige abonnement ontvangt u verspreid over het jaar de boekjes en kunt u online via de besloten website nascholen. Heeft u de toets behaald? Dan worden uw nascholingspunten direct bijgeschreven.
info@accredidact.nl
0306355054
37, De Molen, Houten, 3994DA

Gerelateerde cursussen

AccreDidact BV

E-learning
2
Vragen over menstrueel bloedverlies komen in de huisartsenpraktijk vaak voor. Om een inschatting te kunnen maken van de onderliggende oorzaak is het van belang het bloedverlies onder te verdelen in verschillende subgroepen, namelijk hevig menstrueel bloedverlies, onregelmatig menstrueel bloedverlies, oligo- en amenorroe, intermenstrueel bloedverlies, contactbloedingen en postmenopauzaal bloedverlies. In de vruchtbare leeftijdsfase is het bloedverlies vaak onschuldig. Bij vrouwen na de overgang neemt de kans op kanker als onderliggende oorzaak sterk toe. Het is belangrijk als huisarts onderscheid te kunnen maken naar menstrueel bloedverlies waarbij gerustgesteld kan worden en menstrueel bloedverlies waarbij nader onderzoek nodig is. Daarnaast is kennis over de verschillende oorzaken van menstrueel bloedverlies van belang om goede voorlichting te geven.
€ 56.55
05 Nov
Nov
13:00

Wenckebach Instituut voor Onderwijs en Opleiden UMCG

Physical course - series
Wenckebach Skills Center UMCG
12
Tijdens deze twee cursusdagen wordt u ingewijd in de principes van de ABCDE-methode en leert u deze toe te passen in zeer verschillende simulatie-scenario’s, tot u er volledig vertrouwd mee bent.
€ 1045

Voedingscentrum

E-learning
1
Nu on-demand beschikbaar!
We merken dat mensen het moeilijk vinden om zich aan coronaregels te houden en daarvoor hun gedrag aan te passen. Maar ook eetgewoonten laten zich niet eenvoudig veranderen. Het Voedingscentrum vertelt je: waarom is gedragsverandering zo lastig? Dit heeft deels ook te maken met de eetomgeving. Verleidingen liggen overal op de loer. We geven handvatten voor wat je als huisarts kan doen. We laten onder andere zien hoe de gratis apps “Mijn Eetmeter” en “Kies Ik Gezond?” van het Voedingscentrum jou kunnen helpen patiënten gezonder te laten eten.
Gratis
06
Mar
2024
03
Mar
2026
Gratis

Voedingscentrum

E-learning
1
Dit webinar geeft medewerkers van de huisartsenpraktijken actuele informatie en concrete adviezen om zelf mee aan de slag te gaan in de dagelijkse praktijk. Dit webinar is onderdeel van een tweetal on-demand webinars 'Voeding voor ouderen' en 'Overgewicht'. Voor het webinar 'Overgewicht' zie omschrijving.
Gratis
Gratis

Pensioenfonds voor Huisartsen

E-learning
Dit webinar is niet geaccrediteerd. Volgend jaar start de nieuwe pensioenregeling voor alle huisartsen in Nederland. Bij deze nieuwe regeling hoort ook een nieuwe premie. Die valt voor een deel van de huisartsen (flink) hoger uit dan de premie die ze nu betalen. Graag nemen SPH en de Beroepspensioenvereniging Huisartsen (BPV) de tijd om in te gaan op het hoe en waarom van deze premie en beantwoorden ze vooraf ingestuurde vragen.
Gratis

AccreDidact BV

E-learning
2
In de afgelopen decennia is het aantal mensen dat lijdt aan de chronische longaandoening chronic obstructive pulmonary disease (COPD) sterk gestegen. Gebaseerd op gegevens van de huisartsenregistratie heeft momenteel ongeveer 2% van de Nederlandse populatie COPD. Vermoed wordt dat de prevalentie van COPD in de algemene bevolking vele malen hoger ligt als gevolg van onderpresentatie en onderdiagnostiek. Roken is verreweg de belangrijkste risicofactor voor het ontstaan van COPD. Steeds meer aandacht gaat uit naar de abnormale longontwikkeling op jonge leeftijd in relatie tot het ontstaan van COPD op latere leeftijd. COPD treft vooral mensen boven de 40 jaar en komt meer voor bij mannen dan bij vrouwen. De inhaalslag van vrouwen met roken heeft er echter toe geleid dat de afgelopen twintig jaar de prevalentie bij vrouwen sterk is gestegen.
€ 56.55

AccreDidact BV

E-learning
2
Burn-out en overspanning komen veel voor. Van alle werkenden die hun baan onderbraken geeft 15% van de vrouwen en 9% van de mannen aan dat dit te maken had met klachten die in 92% door een huis- of bedrijfsarts werden geduid als overspanning of burn-out. Burn-out is ook verantwoordelijk voor 29% van al het werkgerelateerde ziekteverzuim. Burn-outklachten lijken in een steeds groter deel van de werknemers voor te komen. Hoe dit komt is niet met zekerheid te zeggen. Is het onze samenleving, die steeds maar sneller en ingewikkelder wordt? Is het de verbeterde bekendheid met de diagnose en vinden mensen het gemakkelijker om erover te praten? Zowel de betere bekendheid als het doorbreken van het taboe hebben een drempelverlagend effect op de gang naar de ggz en veel mensen met stressgerelateerde klachten komen daar ook.
€ 56.55

AccreDidact BV

E-learning
2
Luchtwegklachten komen bij kinderen veel voor en zijn een belangrijke reden voor een bezoek aan de huisarts. Luchtwegklachten kunnen zowel acuut als chronisch zijn en presenteren zich vaak met hoesten, benauwdheid en/of koorts. Vaak is er sprake van een onschuldige oorzaak en volstaat uitleg en geruststelling. Soms ontstaat er een acute situatie welke direct behandeling en overleg of verwijzing behoeft. De ernst van de klachten en de vermoedelijke onderliggende diagnose bepalen het te voeren beleid. Per leeftijdscategorie komen bepaalde ziektebeelden véél of juist niet tot nauwelijks voor. Dat helpt in het differentiëren tussen verschillende ziektebeelden.
€ 56.55

AccreDidact BV

E-learning
2
E-health lijkt soms wel de heilige graal in de zoektocht naar toekomstbestendige zorg. Maar wat is e-health? Volgens de definitie van de landelijke, onafhankelijke kennisorganisatie NICTIZ is e-health het gebruik van hedendaagse informatie- en communicatietechnologieën, in het bijzonder internettechnologie, om gezondheid en gezondheidszorg te ondersteunen of te verbeteren. Dat is natuurlijk nog een vrij abstracte definitie. In de praktijk gaat het om het gebruik en de toepassing van allerlei zaken waarbij internet en multimedia een rol spelen. Enerzijds zijn dat toepassingen die zich richten op de burger of patiënt zoals informatieve websites (thuisarts.nl), gezondheids-apps (inmiddels vele tienduizenden mogelijkheden), alsook de persoonlijke gezondheidsomgeving (PGO) van de patiënt. Daarnaast zijn er toepassingen die zich primair richten op de zorgprofessional zoals teleconferencing en telemedicine, waarmee de medisch professional zorg op afstand kan bieden. Ten slotte zijn er toepassingen die vooral gericht zijn op communicatie zoals het digitaal aanvragen van herhaalrecepten, videoconsulten en e-consulten.
€ 56.55
16 Oct
Oct
16:00
€ 299

Landelijke Huisartsen Vereniging

Classroom
Domus Medica Utrecht
3
In relatie tot arbeidsrecht
Wilt u ook meer inzicht in de cao’s en hulp bij het praktisch toepassen van de cao’s? Dan is deze nascholing iets voor u! Aan de hand van veel gestelde vragen en casuïstiek uit de praktijk nemen we u mee en leert u alles over de toepassing van de cao’s.
€ 299