Genetica de basis

geneticaklinische geneticagenetische aandoening
Het doel van deze e-learning is om de genetische kennis van huisartsen en andere specialisten die niet regelmatig met genetica in aanraking komen te verversen.
Gratis
1.5 Punten
E-learning

Prijzen

Gratis

Beroepen

Anesthesioloog
14 Apr 2021
13 Apr 2023
1.5 Punten
ABAN
Arts
14 Apr 2021
13 Apr 2023
1.5 Punten
ABAN
Arts beleid en advies KNMG
14 Apr 2021
13 Apr 2023
1.5 Punten
ABAN
Arts indicatie en advies KNMG
14 Apr 2021
13 Apr 2023
1.5 Punten
ABAN
Arts infectiebestrijding KNMG
14 Apr 2021
13 Apr 2023
1.5 Punten
ABAN

Sprekers

Dr. Arjan de Brouwer

universitair docent en onderzoeker afdeling Genetica, Radboudumc Nijmegen

Doelen

Na het volgen van deze e-learning is de deelnemer in staat:

Het overervingpatroon van een aandoening bepalen en een stamboom tekenen met de afgesproken symbolen
De zes typen genetische varianten beschrijven en deze beschrijven in de correcte terminologie
De juiste diagnostische test aanvragen bij het vermoeden van een genetische aandoening
Inschatten wanneer een patiënt doorverwezen kan worden naar een klinisch geneticus
Omschrijving

In de eerste twee hoofdtukken van de e-learning worden, aan de hand van casuïstiek, verschillende overervingspatroon en genetische oorzaken van groot (numeriek chromosomaal) tot klein (basepaarverandering) behandeld. Wat is de correcte terminologie? Hoe vraagt u een juiste diagnostische test aan bij het vermoeden van een genetische aandoening? En wanneer kan een patiënt doorverwezen worden naar een klinisch geneticus? Deze hoofdstukken worden afgesloten met een hoofdstuk over het specialisme klinische genetica.

MEDonline International b.v.

accreditatie@medonline.nl
200013
14, De corridor, l, Breukelen, 3621ZB

Gerelateerde cursussen

11 Sep
Sep
09:00
€ 530

PAOFarmacie

Classroom
BCN Utrecht
9
De mate van effectiviteit of toxiciteit van farmacologisch actieve stoffen verschilt van mens tot mens. Het genotype van de gebruiker is één van de factoren die invloed heeft op de individuele reactie op een geneesmiddel. Een polymorfisme in het gen, dat codeert voor een specifiek enzym, kan leiden tot een hogere of lagere enzymactiviteit in vergelijking met personen die deze mutatie niet hebben. De isoenzymen van het cytochroom P450 zijn het meest bekende voorbeeld hiervan. Andere voorbeelden zijn HLA, met betrekking tot overgevoeligheidsreacties, of de transporter SLCO1B1, met betrekking tot myopathie bij statines.
€ 530

PAOFarmacie

E-learning
3
De e-module Farmacogenetica geeft u inzicht in de invloed van feno- en genotype op de uiteindelijke verschijningsvorm van eiwitten zoals enzymen. Er wordt ingegaan op de gevolgen die dit kan hebben op de afbraak en uitscheiding van geneesmiddelen. Wanneer is het voldoende om de dosering aan te passen en wanneer kan een geneesmiddel beter niet meer geven worden?
€ 105

NTvG

E-learning
1
Bij welke patiënt met kanker moet je uitzoeken of er sprake is van een erfelijke oorzaak? Test je kennis van de oncogenetica met deze toets.
€ 34.95