Patroonherkenning: nek en hoofd
In de cursus Patroonherkenning: nek en hoofd staan diverse ‘pluis’- en ‘niet pluis’-patronen betreffende nek- en hoofdpijnklachten centraal. Aan de hand van patiëntvoorbeelden worden relatief veel patronen van aandoeningen en ‘disorders’ betreffende de nek aan de orde gesteld. Je leert in deze cursus welke patronen van (pijn-)klachten binnen het fysiotherapeutische/oefentherapeutische indicatiedomein vallen, maar ook welke er buiten vallen.Prijzen
Beroepen
In de cursus Patroonherkenning: nek en hoofd staan diverse ‘pluis’- en ‘niet pluis’-patronen betreffende nek- en hoofdpijnklachten centraal.
Aan de hand van patiëntvoorbeelden worden relatief veel patronen van aandoeningen en ‘disorders’ betreffende de nek aan de orde gesteld.
Je leert in deze cursus welke patronen van (pijn-)klachten binnen het fysiotherapeutische/oefentherapeutische indicatiedomein vallen, maar ook welke er buiten vallen. Per geschetst patiëntprofiel wordt bediscussieerd of verder fysiotherapeutisch/manueel therapeutisch/oefentherapeutisch onderzoek geïndiceerd is, worden de argumenten daarvoor benoemd en de plausibiliteit van de conclusies en redeneringen besproken. Naast de klinische expertise van de cursisten zelf en van de docent vormen externe evidenties uit de literatuur het toetsinstrument voor de genomen beslissingen.
Voor klachtenpatronen die binnen het fysiotherapeutisch indicatiedomein vallen is er aandacht voor zogenaamde risicoprofielen voor bewegingstherapeutische interventies in de halswervelkolom. Vragen als: Wat zijn cervicale risicoprofielen? Op grond van welke patronen van gegevens zijn ze te herkennen (risk profiling)? Wat is de waarde van lichamelijke onderzoekstests bij risicoreducties? vormen een deel van de cursusinhoud.