ACT - Vervolgopleiding CGt 25 uur
Voortbordurend op het behaviorisme van Skinner en inzichten uit de cognitieve therapieën van Beck en Ellis ontwikkelde Steven Hayes ACT. Deze procesgerichte benadering is gelinkt aan de Relational Frame Theory (RFT). Zowel ACT als RFT zijn grondig onderzocht en blijken theoretisch krachtig en praktisch werkbaar. ACT is inmiddels uitgegroeid tot een veel toegepaste methodiek in de geestelijke gezondheidszorg. Hieronder een korte beschrijving: Net als bij de MBCT gaat het ACT niet zozeer om het veranderen van negatieve gedachten en emoties maar meer om de verhouding die je ermee hebt te beïnvloeden. ACT is een effectieve interventie bij angststoornissen, stemmingsstoornissen, verslaving en somatische problematiek. ACT kan cliënten helpen om op een flexibele manier om te gaan met de obstakels die ze tegenkomen (Acceptance) zodat men kan blijven investeren in de dingen die ze echt belangrijk vinden(Commitment). Mindfulness maakt o.a. deel uit van deze therapievorm.
Prices
Date and Location
Professions
Goals
Na afloop van de opleiding:
Onderwerpen
In de vier lesdagen wordt de theoretische achtergrond van de ACT geïntegreerd met therapeut-cliënt
oefeningen en eigen ervaring.
Belangrijke onderwerpen zijn:
• Theoretische achtergrond van ACT in de relatie met cognitieve gedragstherapie
• Wetenschappelijke onderbouwing van deze methodiek.
• ACT beoefenen (praktijk en theorie),
• Oefeningen aanbieden als therapeut
• ACT houding in de therapeutische relatie
De opleiding bevat de volgende elementen:
• Theoretische uitleg van ACT (onder andere door middel presentatie en videofragmenten)
• Literatuurstudie en -besprekingen
• Deelnemers laten oefenen in het begeleiden van oefeningen.
• Deelnemers zelf laten ondergaan van oefeningen (inclusief oefeningen thuis)
• Toetsing en evaluatie
Onderdelen die in het traject steeds terugkeren zijn:
1. Bespreking van de literatuur aan de hand van presentaties.
2. Interactieve bespreking van de leerstof & discussie.
3. Demonstraties, praktische oefeningen en rollenspellen.
4. Praktijkopdrachten, toetsing en eigen casuïstiek (volwassenen, jongeren en kinderen).